The Three Stages (2017 - ongoing)


Installation view of The Three Stages for What Do Landscapes Say, Na Peschanoy gallery, Moscow, Russia/ Het Nieuwe Instituut, Rotterdam;  installation view: Art Rotterdam, Prospects and Concepts 2020.

The project The Three Stages is a cultural-historical and visual (field) research that focusus on how our relationship with Dutch 'nature' has changed in the last 150 years, and why a new (visual) perspective can help determine and transform the future relationship in a positive sense. The project currently consists of three video-essays, (a collection of) short stories, and a tapestry: The Meeting (2019), Between Mountains and Sea (2020), Zur Geologie des Gerolsteiner Landes (2020) , Shifting Dunes (2022), Langs heide, duin en drasland (2025). In these works, Mennens particularly explores how historical and archival research can be approached as an artistic practice and whether it is possible to organize, translate, and rearrange histories in such a way that a new perspective emerges.

This project is, and has been, generously supported by Het Cultuurfonds, CBK Rotterdam, Stichting Droom en Daad, CultuurEindhoven, and made possible with the help of the Heimans en Thijsse stichting, Artis Amsterdam Royal Zoo, The International Institute of Social History (IISG), Naturalis, Het Nederlands Fotomuseum, Hortus Botanicus Amsterdam, among many others.


Esther Darley for Prospect and Concepts 2020:

The Three Stages – waar Mennens al sinds 2017 aan werkt – is een onderzoeksproject naar aanleiding van de geschriften en verzamelingen van Eli Heimans (1861 – 1914), een van de grondleggers van de natuurbeschermings beweging in Nederland. Mennens onderzocht niet alleen de archieven en Heimans’ nalatenschap maar ging voor dit werk ook op reis: op zoek naar de man en de landschappen in zijn verhalen, ook om te bepalen hoe we omgaan met gearchiveerde geschiedenis en de manier waarop we de natuur in deze tijd ervaren. Door haar materiaal op een bepaalde manier te reorganiseren creëert ze nieuwe non-lineaire vertellingen en een netwerk waarin verleden, heden en toekomst via het imaginaire samenvallen. Video-essay’s met fictieve dialogen worden vergezeld door een wandkleed, gebaseerd op Heimans’ plattegrond van de omgeving rond Gerolstein (Duitsland) en het veldonderzoek dat Mennens daar zelf uitvoerde. Samen met de video’s legt het wandkleed een ruimte open aan relaties over én tussen tijd en plaats; een ruimte die uitnodigt om een positie te kiezen tussen het collectieve en persoonlijke, feit en fictie, verleden, heden en toekomst. Dit om nieuwe perspectieven en methoden te bepalen voor het onderzoek naar West-Europese geschiedenis.’